Het zoontje van vier zag ik alleen de eerste twee jaar van zijn leven. Ik wist waar ik aan begon. Aan een rol als donorvader. We spraken af dat we zouden co-ouderen. Een precieze verdeling hadden we niet gemaakt. We hadden ook niets op schrift gezet. We kenden elkaar al zolang. Dat zou wel goed komen.
Zij had al zolang die kinderwens, en zocht tevergeefs naar een donor. En ik, ik wilde haar dat kind wel geven. De gedachte aan ‘nieuw leven’ stond me in allerlei opzichten wel aan. Een relatie hadden we niet. Althans, we waren al vele jaren elkaars beste vriend/vriendin. Het kind zou opgroeien in onze vriendschapsrelatie. Dat ging twee jaar goed.
Lees hier het volledige artikel: Klik hier
No comments:
Post a Comment